Tegen het almaar drie keer zoenen in het sociaal verkeer

 (Artikel verschenen in De Groene Amsterdammer van 29 juli 2005 )

Begroetingsrituelen verschillen van land tot land, van streek tot streek en stand tot stand. Bovendien veranderen zij in de loop der jaren. Ileen Montijn heeft in haar boek Leven op stand mooi beschreven hoe het in Nederland gegaan is met het handen geven en zoenen.
” In de zeventiende en achttiende eeuw was het in Nederland nog helemaal niet gewoon elkaar met een handdruk te begroeten. Toen stond dit gebaar  veeleer voor de bezegeling van vriendschap, broederschap, vrede, verzoening of akkoord. Pas in de negentiende eeuw werd het handen schudden opgenomen in de etiquette, zij het alleen in de sfeer van vriendschap (…) In de twintigste eeuw werd het handen schudden, zoals gezegd, de universele manier om iemand te begroeten (…) na de Tweede Wereldoorlog kreeg het hand geven zelfs iets formeels over zich, en vervolgens iets ouderwets. De handdruk (…) werd in het huiselijk verkeer afgelost door (…) de zoen. Zoenen was in de gehele periode vóór 1940 nog een uitgesproken intieme aangelegenheid, mijlenver verwijderd van het loze sociale gebaar zoals dat aan het eind van deze eeuw (dat was de twintigste, DK) wordt gehanteerd.”

Het gaat hier om wat in het Engels ‘social kissing’ wordt genoemd, dus sociaal zoenen, of  sociaal kussen, niet om liefdeskussen. Ook gaat het meestal niet om het elkaar vol op de mond zoenen, maar meer om het kussen van lucht waarbij men alleen elkaars wangen licht beroert. Bezorgdheid bij vrouwen over hun make-up, in het bijzonder hun afgevende lippenstift, zal dit gebruik bevorderd hebben. Daarnaast spelen angst voor overdracht van bacillen en afkeer van baardharen een rol.

Terminologie
De woorden zoenen en kussen worden hier door elkaar gebruikt. Zij verschillen niet in betekenis. Een ‘hug’ is een omarming. Een omarming kan gepaard gaan met het langszij brengen van elkaars hoofden. Worden daarbij met de lippen geen kusbewegingen en kusgeluiden gemaakt dan blijven we dat toch een omarming of hug noemen. Worden die kusbewegingen en -geluiden wel gemaakt, maar zonder elkaars wangen echt te beroeren, dan spreken we van kussen in de betekenis van luchtkussen, schijnkussen of nepkussen.
Bij een omhelzing omarmt men de hals van de ander.
Een ‘accolade’ is ook een omarming (vooral door mannen in Frankrijk, bijvoorbeeld na het opspelden van een ridderorde) waarbij men elkaars hoofden eenzijdig of ten tweezijdig langzij brengt, maar zonder de schijn te wekken van elkaar te kussen.
Een handkus is een kus die een man geeft op de bovenzijde van de rechterhand van een vrouw, maar - als het goed is - zonder die hand met de lippen te raken. Een kushandje daarentegen is een kus die men op de eigen hand drukt en die dan schijnbaar toewerpt aan een ander. Dit laatste ziet men nog maar zelden gebeuren.

Tot 1980, gaf men elkaar bij begroetingen een hand, of, als men elkaar goed kende een of twee zoenen. Mannen zoenden elkaar niet bij begroetingen of felicitaties, althans niet in het openbaar. Er waren toen binnen Nederland zowel stands- als streekverschillen. Volgens Ileen Montijn raakte de zoen-als-begroetingsgebaar het eerst in de mode in de maatschappelijke bovenlaag. Daar onder vond men dat vaak ‘aanstellerig’. Zij haalt een onderzoek van het P.J. Meertens-Instituut uit 1984 aan, waarbij aan bejaarde Nederlandse plattelandsbewoners uitvoerig vragen werden gesteld over begroetingsrituelen.
 “Die verzekerden met klem dat bij het begroeten in de eerste helft van de eeuw fysiek contact niet of nauwelijks voorkwam; in Zeeland, Brabant en Limburg zelfs niet onder familieleden. Dat was iets voor de ‘hogere kringen’, voor ‘op de tennisbaan’. Het zoenen – ‘die poeha’ – is volgens deze zegslieden in de jaren zestig begonnen, en zij wijten dat aan de invloed van de tv. Opgemerkt wordt dat ‘nu ook arbeiders kussen’.

Is het sociaal zoenen in Nederland in hoger kringen begonnen, hoe is het dan gegaan met het aantal keren dat men elkaar de wang reikt? Vermoedelijk is men in de hogere welstandsklassen begonnen met één keer, en daarna, in op het buitenland georiënteerde families, met twee keer. In Brabant is het drie keer kussen het eerst in zwang geraakt. Daarom spreekt men daar ook van de ‘Brabantse drieklapper’.Vermoedelijk onder Franse en Belgische invloed. Want in Frankrijk was het drie keer zoenen al langere tijd, althans in de ‘campagne’ een gewoonte. Een Frans etiquetteboek uit 1952 schrijft voor:  “Men zoent elkaar twee keer; nooit drie keer. Dat is een gewoonte ‘de la campagne’”. Zelf ken ik een Zuid-Frans gezin waarin op familiebijeenkomsten altijd bonje ontstond over het aantal keren dat er gezoend werd. De familieleden van moederszijde kwamen uit de stad en zoenden twee keer. Die van vaderszijde kwamen uit een streek van wijnboeren en zoenden drie keer. Over en weer beschuldigde men elkaar van eigengereidheid.
Ook in België wordt door oudere generaties drie keer gezoend. Maar weer niet in de hogere kringen in Brussel. Daar laat men het bij één of ten hoogste twee keer. Maar uit Gent wordt mij gemeld dat studenten uit die stad zich nu tegen dat drie keer hebben gekeerd en het bij één keer laten. Tot verbazing en verontrusting van hun oudere familieleden.
Oud-leerlingen van het Barlaeus gymnasium in Amsterdam herinneren zich in welk jaar het drie keer zoenen bij hun op hun op school in de mode kwam. Dat was in 1980. Of dit toen in Amsterdam begon door de invloed van studenten uit het zuiden van Nederland, of door francofielen die meenden dat alle Fransen elkaar drie keer zoenden is niet duidelijk. Een feit is dat in nóg zuidelijker landen, zoals Portugal, Spanje en Italië, het twee keer zoenen tot het standaard ritueel behoort. In Marokko daarentegen zoenen vrouwen elkaar zelfs vier keer, en er wordt verondersteld dat het recent opkomen van het vier keer zoenen onder scholieren en studenten in steden als Marseille en Parijs, maar ook in Utrecht en Amsterdam, door Marokkaanse jonge vrouwen werd geïntroduceerd.

Al in het oude Rome werd geschreven over de beste wijze van begroeten. Zo Marcus Valerius Martialis, die leefde van 40 tot 103. Hij richtte  zich in zijn puntdichten tot een zekere Postumus. “Aan sommigen geef jij kussen, Postumus, aan anderen geef je de rechterhand. Jij zegt: ‘Wat wil je liever? Kies maar.’ Ik wil liever een hand.

Over die Brabantse oorsprong van het drie keer zoenen, in Nederland, bestaat trouwens ook nog wel onzekerheid. Een inwoner van Meijel schreef mij daarover bijvoorbeeld het volgende: “In mijn jeugdomgeving, de Kempen in Brabant, werd niet of nauwelijks gezoend. En ook niet in de Noord-Limburgse streek waar mijn vrouw vandaan komt (‘Een stevige hand vertelt alles en meer’ zei mijn schoonmoeder). Toen ik tussen 1950 en 1960 op een seminarie studeerde met leerlingen uit het hele land zag ik iets vreemds. Vaders en moeders uit Utrecht en de steden in de Randstad kusten op de weinige bezoekdagen hun dierbare zoontjes drie keer! En ook toen ik rond 1960 in de omgeving van Bodegraven kwam te werken maakte ik opnieuw kennis met de driekus. Pas na 1980 zag ik dat driekussen ook veel in Zuid-Nederland, vooral bij dames van ‘gearriveerde’ mannen, zoals bankdirecteuren, burgemeesters, enzovoorts.”
Ik heb uit Brabant en Limburg wel meer van zulke reacties gekregen. Zij sporen met wat ik hierboven citeerde uit het onderzoek van het Meertens-Instituut. De driekus zou door toedoen van ontwikkelde en op het buitenland georiënteerde families in de zuidelijke provincies zijn opmars kunnen zijn begonnen.
Sommigen menen dat de driekus een rooms-katholiek gebruik is. En inderdaad, bij een tv-uitzending van de begrafenis van paus Johannes Paulus II  zag ik dat veel van de kardinalen elkaar met drie kussen begroetten. Dit ritueel zou dan symbool staan voor de heilige drie-eenheid. Maar desondanks is het drie keer zoenen toch lang niet in alle overwegend katholieke landen de gewoonte. In Italië, Spanje en een aantal Zuid-Amerikaanse landen houdt men het immers bij twee keer.

Wanneer ik mij aan dit ritueel van het drie keer zoenen begon te ergeren weet ik niet meer. Het moet in de jaren negentig geweest zijn, toen mijn eigen gewoonte van het een of twee keer zoenen steeds vaker in aanvaring kwam met die van mijn omgeving. Moest ik mij aanpassen aan wat ik om mij heen zag, speciaal op de televisie? Had ik in de zeventiger jaren niet toch ook mijn haar laten groeien volgens de heersende mode? Was ik niet opgelucht meegegaan  met nieuwigheden zoals het geen stropdas meer dragen als dat niet nodig was? Waarom dan toch tegen deze ‘drieklapper’ in opstand gekomen?

Belangrijk was daarbij zeker dat ik wist in mijn afwijzing niet alleen te staan. Alle in de jaren negentig in Nederland publicerende etiquetteauteurs hebben tegen deze overdreven zoenerij gefulmineerd. En zij doen dat nog steeds. Reinildis van Ditzhuyzen spreekt zelfs over een ‘zoenterreur’ en Jan Kuitenbrouwer over ‘zoenflatie’. Anderen die zich in dezelfde zin uitten zijn Inez van Eijk en Beatrijs Ritsema. Overigens hebben onze etiquette-auteurs ook bezwaren tegen het feit dat er tussen mensen die elkaar nog maar kort kennen steeds eerder wordt gezoend dan vroeger. Zij betreuren het verloren gaan van gradaties in intimiteit tussen kennissen. Daarnaast betreuren zij het dat het een of twee keer zoenen ouderwets geworden is, evenals het gewoon elkaar een hand geven.

Etiquette-auteurs zijn meestal goed bekend met de gebruiken in hoger kringen. In de Haagse Kloosterkerk werd in 2004 een huwelijk ingezegend. Omdat er na afloop een lange rij van mensen op hun beurt stond te wachten voor het gelukwensen van het bruidspaar kon ik goed observeren hoe vaak de bruid gekust werd. Nu waren bruid en bruidegom niet zo jong meer en dus was de gemiddelde leeftijd in de rij wachtenden ook vrij hoog. Ik telde vrijwel zonder uitzondering twee keer! En laatst zag ik op de televisie hoe bij een publieke bijeenkomst Koningin Beatrix Willem Alexander en Maxima zoende: twee keer! (Zij kerkt ook in de Kloosterkerk) Daarentegen ziet men op de televisie de vertegenwoordigers van het volk elkaar vrijwel altijd drie keer zoenen. Bijvoorbeeld toen Jozuas van Aartsen Ayaan Hirsi Ali publiekelijk verwelkomde bij haar terugkeer in de Tweede Kamer. Of  toen Burgemeester Cohen begin 2004 de
nieuwe wethouder Frits Huffnagel met drie kussen publiekelijk welkom heette.
Ten aanzien van het twee of drie keer zoenen bestaan er dus in Nederland nog steeds standsverschillen. Hoger kringen houden het bij één of ten hoogste twee keer. Maar het volk en de van dat volk afhankelijke volksvertegenwoordiging aapt na wat men de sterren op de televisie ziet doen, en dat is, helaas, standaard drie keer.

In die hoogste kringen en onder diplomaten komt overigens ook de handkus nog wel voor, maar dat is voor de gewone man een deftige of artistieke gewoonte. Inez van Eijk stelt in haar etiquetteboek dat wij de handkus nu zien als “een ironisch, overdreven hoffelijk gebaar”. Men ziet de handkus nog wel in historische films en op het toneel, in stukken van vroeger, maar nooit op de stations of vliegvelden, en nog maar zelden op recepties.

De zoenfrequentie in het sociaal verkeer is dus afhankelijk van sekse (mannen kussen elkaar veel minder), van land en streek, van kerkgenootschap, van generatie en van sociale klasse. Overigens is het elkaar gaan zoenen bij begroetingen, felicitaties en dergelijke een onderdeel van de algemene toename in publiek getoonde lichamelijke intimiteit sinds de jaren ’70 van de vorige eeuw.

Niet de eerste actie tegen het drie keer zoenen
In 1994 begon de 79-jarige Dominicaner non Monica Muskens uit Hengelo een eerste actie tegen het drie keer zoenen. Zij vroeg de toenmalige buttonfabrikant Henk Brusse een button te fabriceren met de tekst 1x = genoeg; 2 x mag. Stan Huygens, wijdde er een stukje aan in De Telegraaf. Hij citeerde  zuster Muskens daarin als volgt: “Een kus is iets moois, en mag niet ontaarden in een oppervlakkig gewoontegebaar. Drie keer langs andermans wangen flodderen stuit me tegen de borst. Als ik vroeger mijn moeder of zusters kuste, was dat een gebaar van oprechte liefde en geen loos gebaar.” Brusse gaf haar de buttons cadeau en zij schonk de opbrengst van haar actie aan de Memisa.

Ik begon mijn actie, nu drie jaar geleden, met een website: zoenbutton.nl. Via die site kon men buttons bestellen. Op de eerste button stond  “Ik zoen je twee keer, en ik begin rechts”. Dat schiep verwarring, want rechts voor wie? Dus liet ik de rechts-links volgorde daarna weg. Mensen vroegen mij of ze ook buttons konden krijgen voor één keer of  nul keer zoenen. Ook die kwamen er, en ook nog een met de tekst “Ik geef je een hand”. Duizenden van die buttons zijn het land doorgegaan. Daarnaast werden affiches op A4 formaat ontworpen, die de mensen gratis konden downloaden. Hoeveel er daarvan aan muren of bureaus hangen weet ik helaas niet. Wel weet ik hoe vaak de website bezocht is, tot nu toe ongeveer vijftigduizend keer. Als er weer eens in een krant een stuk over mijn actie staat, en de radio of televisie daarop inhaakt, stijgt meteen het aantal bezoekers van de website en regent het daarna bestellingen van buttons. Vorig jaar besteedde ook het Jeugdjournaal er aandacht aan en toen volgden enthousiaste reacties van kinderen die verlost wilden worden van al dat gezoend worden door volwassenen.

Op kantoren schijnt bij het Gelukkig Nieuwjaar wensen het zoenen nog niet algemeen gebruik te zijn. Op de eerste werkdag van 2005 hield het Algemeen Dagblad een enquête op de eigen website. De vraag luidde: Hoe wenst u uw collega’s op het werk vandaag gelukkig nieuwjaar? Er werden vijf mogelijkheden gegeven. De 1507 deelnemers leverden de volgende percentages op. ‘Ik geef een hand’ 25%. ‘Ik werk (vandaag) niet’ 25%. ‘Ik kus alleen aardige collega’s’ 25%. ‘Ik zoen ze allemaal’ 14%. ‘Ik zwaai en roep ‘Gelukkig Nieuwjaar!’ 11%.

Hoe stellig ik nu ook weet dat er in Nederland – en trouwens ook in Vlaanderen – heel veel mensen zijn die van dat drie keer moeten zoenen of gezoend worden af zouden willen, ik besef ook dat mijn actie tot nu toe niet veel heeft uitgehaald. Het ritueel blijft dominant en wordt nog dagelijks versterkt door wat het volk op de televisie en op de terrassen ziet gebeuren. Alleen binnen families, binnen vriendengroepjes en studentenjaarclubs nemen mensen steeds vaker het besluit om niet langer drie keer te zoenen, om het bij een of twee keer te laten. Het is nog te vroeg om te voorspellen waar deze op uit zullen draaien. Misschien wordt door een Verenigd Europa en ook door de overige mondialisering de invloed van buitenlandse begroetingsrituelen groter. Daarom  heb ik een begin gemaakt met een overzicht van wat in andere landen tegenwoordig de normale begroetingsgebaren zijn en welke ontwikkelingen daarin worden waargenomen. Dit eerste overzicht is nog onvolledig; voor aanvullingen of correcties houd ik mij aanbevolen.

België en Luxemburg   Drie keer, althans door ouderen. In sommige gebieden van Vlaanderen groeten jongeren elkaar meer en meer met slechts één kus maar schakelen over naar de meer formele drie kussen wanneer ze ouderen groeten. Wellicht uit noodzaak, omdat die ouderen gewoon zijn door te gaan.

Dat de gewoonte van het drie keer zoenen in Vlaanderen in elk geval net zo stevig verankerd was als de heilige drie-eenheid bewijst wat de schrijfster Kristien Hemmerechts over haar jeugdjaren vertelt. In 1972 was zij 17:
,,Eens in de twee weken mocht je uitgaan. Er was altijd een of andere organisatie die een fuif had. Vaak speelde een bandje de ‘bamba’. Je stond in een kring. Degene in het midden koos iemand uit en gaf diegene drie kussen. Na de ‘Kuskesdans kwam er altijd: ‘ne slow’. Plakken. Na drie slows kwamen er drie snelle ‘jerken’. Het was vrij mathematisch allemaal: drie-drie-drie.”

NRC/Handelsblad  11 november 2005

 Een Vlaamse vrouw uit Brasschaat schrijft: “Ik stel vast dat mijn kinderen en schoonkinderen (tussen 25 en 33 jaar oud) het tegenwoordig houden bij 1 kus wanneer ze ons groeten” En een student uit Gent bevestigt dit. Als hij na één keer stopt raken zijn tantes in opperste verwarring. In De Standaard van 30 april j.l. schreef columnist Sam Delbeke hierover: “Ik heb altijd gedacht dat er een zekere maatschappelijke consensus bestond over het feit dat kennissen en familieleden elkaar begroeten met het uitwisselen van drie zoenen onder het uitstoten van de klank mmmmmmmmmmwww, en dat iedereen vertrouwd is met die drieklapper-regeling.  Maar het valt nauwelijks nog in te schatten met wie er nu precies gezoend kan worden en of dat nog in drievoud gebeurt of niet. Niks is zo gênant a;s kusbereid voorover te buigen en vervolgens straal genegeerd te worden, of maar één zoen te krijgen terwijl jij er drie had begroot, want dan sta je daar zo lullig in de lucht te tuiten. Het Vlaamse zoengedrag is alle regelgeving kwijt: daar ligt ongetwijfeld een opdracht voor de lifestylepers, zo niet voor de overheid.”

Frankrijk   Over het twee- en drie keer zoenen in Frankrijk staat hierboven al het een en ander. Correspondenten uit Marseille en Normandië melden evenwel dat vier keer zoenen daar heel gewoon geworden is, zowel onder jongeren als ouderen. In Parijs daarentegen houdt men het in de bovenlagen nog steeds bij twee keer een luchtzoen. De wangen horen elkaar daarbij niet echt te raken. In de familiekring wordt meer en meer gezoend, nu ook tussen, bijvoorbeeld,  schoonzoons. Daarbij is wangcontact wel toegestaan.

Frans-Zwitserland    Men zoent elkaar altijd drie keer. Wie dat niet doet wordt als onopgevoed beschouwd of als onwetende buitenlander. Een Zweedse vriend die het grootste deel van het jaar in Genève woont zegt over het verschil tussen beide landen: “Het is moeilijk overschakelen en je moet er voortdurend bij nadenken, ongeveer zoals tussen landen die rechts of links houden in het verkeer.”   Duitsland en Duits-Zwitserland    Er wordt hier nog steeds weinig gezoend in het sociaal verkeer, hoogstens één keer. Gewoonlijk reikt men elkaar bij begroetingen de hand.  Maar de driekus is ook hier  in opmars, onder Franse invloed. Noorwegen  Er wordt veel minder frequent gezoend dan in Nederland. De hug is wel populair en daarin is ook een toename te zien. Als een hug gepaard gaat met zoenbewegingen of zoengeluiden blijft dat bij één of ten hoogste twee keer. Wat het sociaal zoenen betreft is men erg terughoudend, meer dan in:

Zweden   Tot circa 15 jaar geleden werd er heel weinig gezoend in het sociaal verkeer, behalve in de familiekring en tussen heel goede vrienden en vriendinnen. Maar nu heerst ook daar een zoenflatie: “iedereen kust iedereen” zegt bovengenoemde Zweedse vriend. “Bijvoorbeeld bij het afscheid nemen als je elkaar voor het eerst zag bij een etentje.” Mannen kussen elkaar bij zulke gelegenheden gewoonlijk niet. Maar men laat het bij twee kussen, nooit drie.  Slovenië   Er wordt veel minder gekust dan in Nederland en andere West-Europese landen. Als er wordt gekust dan meestal twee keer, de laatste tien jaar steeds meer ook drie keer, vooral door jongeren. Men schudt elkaar ook niet vaak de hand. Eigenlijk alleen bij formele aangelegenheden. In het algemeen houdt men meer lichamelijke afstand tot elkaar dan in West-Europa.

Yemen    Een oud-dispuutgenoot van mij wist niet van mijn actie toen hij in 2004 voor een lezing opschreef:  “Als u mij vraagt wat mij het meest is opgevallen in Yemen, dan zeg ik: de manier waarop mensen elkaar kussen. Niet die vreselijke mode van drie keer kussen welke wij helaas in Nederland kennen, maar één eerste kus op de linkerwang, gevolgd door drie snelle kussen op de rechterwang. Bijzonder elegant. Ik wil dit uit Yemen in Nederland invoeren. De bedoeïenenkus, neustoppen of kinnen tegen elkaar, lijkt mij minder geschikt.”   Rusland   Derk Sauer beschreef  in 2003 in zijn column in Het Parool hoe onder jonge Russische mannen die met elkaar bevriend zijn eerst een omarming gebruikelijk is en dan een lichte maar echte kus op de rechterwang. Maar nooit op het werk, wel thuis of in het café. Op het werk geven mannen elkaar een hand. Mannen kunnen vrouwen wél drie keer kussen en vrouwen onderling elkaar ook  Vrouwen geef je geen hand, dat wordt gezien als een buitenlandse gewoonte. De handkus is daarvoor het geprefereerde alternatief. Algemeen wordt geloofd dat de traditionele begroeting tussen Russische apparatsjiks bestaat uit een omarming gevolgd door drie schijnkussen. Maar volgens Mosnews was Leonid Brezhnew de enige die dat deed en omdat we dat zo dikwijls op de televisie zagen is men gaan geloven dat zulks een Russische gewoonte was.

In de jaren twintig van de vorige eeuw ontwierp de Majakovskij affiches waarop de Russen werd afgeraden elkaar te kussen of zelfs maar een hand te geven, als voorzorgsmaatregel tegen besmetting met tyfus. En op 1 november van het vorig jaar (2004) meldde het Moskouse radiostation Ekho Moskvy dat de gouverneur van Moskou, Boris Gromov, het elkaar omarmd kussen van politici bij officiële gelegenheden verboden had, omdat dat teveel tijd in beslag nam. In andere districten overwogen de autoriteiten dit voorbeeld te gaan volgen.

Een kleine enquête uit Siberië.
Een psychologe van de universiteit van Novosibirsk ondervroeg voor mij 27 Russen, waarvan twintig vrouwen.  De leeftijden van de respondenten variëren van 16 tot 70 jaar, met een gemiddelde van 32 jaar. Zij vroeg hen wat zij gewoonlijk zagen als mannen of vrouwen  bruid of bruidegom feliciteren. Dit zijn de resultaten:
Als een man de bruid feliciteert ziet 56% van de respondenten de bruid gewoonlijk één keer gekust worden en 11% drie keer. Een handkus wordt door 15% gezien als gebruikelijke begroeting. Niemand ziet mannen de bruid een hand geven.
Als een man de bruidegom feliciteert ziet 37% het geven van een hand en 37% het omarmen. 19% ziet een combinatie van beiden. Slechts één van de 27 respondenten ziet mannen de bruidegom gewoonlijk een zoen geven.
Als een vrouw de bruid feliciteert ziet 44% haar op beide wangen gekust worden, 26% slechts één keer en 11% drie keer. 10% ziet deze zoenerij in combinatie met een omarming.
Als een vrouw de bruidegom feliciteert ziet 59% hem gewoonlijk één keer kussen en 15% op beide wangen. 11% ziet gewoonlijk alleen het geven van een hand.

   

Verenigd Koninkrijk  Waar men in vroeger tijden elkaar alleen de hand reikte zijn nu een of zelfs twee kussen heel gewoon geworden. Drie of meer kussen wordt gezien als een gewoonte van ‘continentals’, de mensen van het vasteland van Europa, en verdient onder Engelsen geen navolging. Volgens Philip Howard van Times Online (2005) kussen de meeste Britten eerst elkaars linkerwang in tegenstelling tot de Grieken en Cyprioten die elkaar meteen de rechterwang aanbieden. Ook Inez van Eijk raadt haar Nederlandse lezers aan elkaar eerst de rechterwang te bieden. Overigens is het met die voorkeur voor rechter- of linkerwang vreemd gesteld. Als het rechts houden in het wegverkeer maatstaf zou zijn dan zou men elkaars linkerwang bieden. Maar de Britten houden nu juist links in het wegverkeer! Vergelijk het met elkaar naderen op een smalle weg. Naar welke kant wijkt u uit bij een tegenligger? In Engeland gaat u schielijk naar links en raakt net niet met de rechterwang van uw auto de rechterwang van uw tegenligger. In ons wegverkeer daarentegen passeren beide linkerportiers elkaar rakelings terwijl er in het sociaal verkeer een voorkeur is voor het schampen van rechterwangen. Wonderlijk.  

Verenigde Staten   Een veelgelezen Amerikaans etiquetteboek is Miss Manners van Judith Martin. Uit dat boek twee citaten om meteen duidelijk te maken waar het daar op staat: “Miss Manners thinks the handshake is a fine greeting, more dignified than promiscuous embracing and cheek kissing” en “Miss Manners deplores the debasement of both the dignified American greeting of the handshake and the intimacy of the kiss”. Veel Amerikanen gebruiken de omarming, the hug, op momenten dat wij kussen. Maar in het algemeen houdt men veel groter fysieke afstand tot elkaar dan in Europa of Zuid-Amerika. In een ander etiquetteboek, van Elliot Essman, speciaal geschreven voor immigranten, staat dat wie met elkaar staat te praten tenminste 16 inches ( 40 cm) van elkaar verwijderd moet blijven. Men spreekt hier ook van een ‘personal bubble’ die groter is dan elders, in Zuid-Amerika en Europa. Ook als men bijvoorbeeld in een rij staat te wachten. Een van mijn correspondenten maakt een onderscheid tussen een hug met één arm, voor alledaagse vrienden, en een hug met beide armen, voor heel goede vrienden. Maar, schrijft hij, hier in de Midwest wordt de hug al gauw gezien als een opmaat naar social kissing, en dat staat hier voor moreel verval en ondergraving van het traditionele huwelijk. Een andere correspondent, uit Californië, schrijft dat één luchtkus daar is toegestaan (met ongeveer een inch lucht tussen beide wangen) maar dat “three kisses is considered way over the top”. Hij zag dat toen president Bush Condolisa Rice als nieuwe minister van buitenlandse zaken introduceerde de sociale kus niet meer was dan een “straining-of-necks toward each other. No touching!”. Social kissing komt wel meer voor in Nieuw Engeland en ook in the Deep South, maar in de staten van het midden en het Zuid Westen wordt je er om uitgelachen, “or in some bars, get you shot!”. In Pennsylvania, schrijft een derde correspondent, een kinderarts, kunnen goede vrienden (geen mannen onderling!) elkaar meestal de rechterwang bieden, waarbij de lippen de wang ook wel mogen raken. Hugs zijn, ook tussen mannen, veel gebruikelijker geworden dan 50-70 jaar geleden. Het is volgens deze arts mogelijk dat de Amerikaanse angst voor het overbrengen van infecties de hug heeft doen zegevieren over het kussen, in een tijd dat toch naar meer intimiteit gezocht werd in sociale contacten. Al mijn Amerikaanse correspondenten zijn het erover eens dat de driekus daar als heel ongebruikelijk gezien wordt. Een Nederlandse vrouw, getrouwd met een Amerikaan, schreef mij dat haar man in het vliegtuig onderweg naar Nederland voor het bijwonen van een verjaardag in de familiekring, al met heel bezorgde stem zat uit te rekenen hoeveel mensen daar zouden zijn die hem elk 2x3, bij komen en gaan, dus zes (!) keer zouden willen kussen.

Canada   Nadat lange tijd alleen het hand geven gebruikelijk was is nu de Amerikaanse hug gevolgd door een enkele kus in opkomst. De hug lijkt door de televisie in Canada te worden nagevolgd. Immigranten uit West-Europa kussen soms tot twee keer en immigranten uit Islamitische landen tot drie keer, althans bij vrouwen onderling. Sommige uit Zuid-Afrika afkomstige immigranten willen nog wel eens recht op de mond zoenen.

Tot besluit
Het is heel waarschijnlijk dat de gewoonte van  het elkaar drie keer kussen bij begroetingen in Frankrijk is ontstaan, overigens zonder steun van de ontwikkelde kringen in Parijs. Na de Tweede Wereldoorlog zijn in Nederland katholieken uit de hogere welstandsklassen het tot het drie keer zoenen overgegaan. Gevoed door verlangen naar Franse cultuur en Franse vakanties is rond 1980 de driekus-mode aan een opmars onder bohémiens en scholieren begonnen. Vervolgens zijn sterren op de televisie elkaar zo dikwijls drie keer gaan (schijn)kussen dat de gewoonte tegen het jaar 2000 in het hele land dominant geworden was. Alleen ouderen en mensen die aan familietradities hechten, meestal met een protestantse achtergrond, bieden nog weerstand. Overal in Europa neemt het sociaal zoenen toe. Men zoent elkaar eerder dan vroeger en vaker. Maar behalve in Frankrijk, Frans-Zwitserland, Belgie, Luxemburg en Nederland is het elkaar drie keer kussen (nog?) een zeldzaam verschijnsel.
In Nederland  is er voor de tegenstanders van de driekus hoop te putten uit de recente ontwikkeling in Vlaanderen, waarbij jongeren het nu bij één keer willen laten. In mijn eigen omgeving meen ik een begin van een grotere variatie in zoengedrag waar te nemen en daarmee van toenemende verwarring. Ik zie dat met genoegen aan. Regelgeving, zoals Delbeke onlangs in De Standaard bepleitte voor Vlaanderen, is hier niet gepast, of het zou Europese regelgeving moeten zijn. En in dat geval zou twee keer zoenen een goed Europees gemiddelde zijn.


sluit dit venster